Het is ongelofelijk maar waar: we zijn al aan ons vijfde seizoen hier begonnen. Dat betekent niet dat we hier al vijf jaar wonen, dat zijn er pas drie, maar in 2019 hebben we een proefseizoen gedraaid en dat telt natuurlijk mee. Inmiddels zijn we behoorlijk geroutineerd, maar nog lang niet verveeld. Elk seizoen heeft namelijk zijn “eigen aardigheden”, die heel duidelijk anders zijn dan andere jaren. 

 

We begonnen die twee proefmaanden toen ons huis in Nederland nog niet verkocht was. Het was het pre-corona jaar, wisten wij veel wat ons allemaal nog te wachten stond. We hadden die twee maanden een enorm gemêleerd publiek. Jong en oud en heel internationaal, want via Booking kwamen ze hier vanuit de halve wereld. We hadden gasten uit Argentinië en Uruguay, Noord-Amerika, Australie, Duitsland, Engeland, veel Spanjaarden en natuurlijk Fransen en Nederlanders. Ik was helemaal blij want ik hou van verschillende talen en spreek ze graag. 

 

Maar het jaar 2020 was natuurlijk volkomen anders. Er vlogen geen vliegtuigen, er werd niet gereisd, er werd alleen -en vrij massaal- geboekt door Fransen. Die werden in juni gek van het binnenzitten en zodra ze weer verder van huis mochten reserveerden ze hun verblijf op het platteland, voor de ruimte, neem ik aan. Omdat Nederland veel later dan Frankrijk de grenzen opengooide voor de zomervakantie, was hier de hele toko al volgeboekt voordat de Nederlanders de kans kregen om te reserveren. Het werd dus een behoorlijke vuurdoop voor onze talenkennis. Zo leerde ik dat in het Frans een sleutel niet ín de deur zit maar óp de deur “sur la porte”. Dat gasten niet komen betalen “payer”, maar komen afrekenen ”régler”. Dat décaler “verzetten” betekent, en daar ging het even fout, want een gast wilde haar twee gereserveerde nachten verzetten, en niet, zoals ik dacht, slechts één nacht komen. Toen zaten we dus met een overboeking die haasje repje opgelost moest worden. We leerden dat Fransen absoluut een broodmandje bij hun diner moeten, dat kun je niet zomaar weglaten. De laatste saus wordt vaak van het bord geveegd met een stukje brood. 

We constateerden dat Fransen keurig, welgemanierd en vriendelijk zijn. Maar we misten wel een beetje de Hollandse directheid en gezelligheid. En natuurlijk vooral het gemak. 

 

Die kwam het jaar erna, in 2021, toen we nog steeds met Coronamaatregelen opgescheept zaten maar iedereen iets beter zijn best deed om op tijd een vakantie over de grens te boeken. Dit noemen we het Porsche seizoen, want met name uit Theo’s voormalige kring van vastgoed relaties kwam bijna iedereen met een Porsche het terrein oprijden. Je hoorde ze al van verre aankomen. Het valt hier nogal op, een Porsche. Dit is een arme boeren streek en iedereen rijdt hier in een Franse middenklasser of een afgeragd bestelbusje. Het valt echt op als er een Audi of Mercedes rijdt en dat is dan meestal met een buitenlands nummerbord. Alle Porsches in de wijde omtrek hadden dus een Nederlands nummerbord en de eigenaren sliepen bij ons. Eén van de Porsches is hier weg getakeld omdat eigenaar “een vreemd geluidje hoorde”. Waar zijn dierbare auto naartoe werd gebracht was ons een raadsel en zelfs bij de verzekering konden ze hem niet vertellen of hij zijn geliefde auto ooit nog terug zou zien. Ze moesten in elk geval in een doorsnee Nissan Qashqai de aftocht blazen en hij kreeg Porsche pas weken later in Nederland weer terug. Onze parkeerplaats werd tevens opgesierd door een Maserati en door een snelle Tesla, die niet uitgerust was met de juiste electriciteitskabel, dus de eigenaar was tijdens zijn verblijf vooral bezig met “waar en hoe laad ik mijn Tesla op”. 

2022 was het jaar van de hittegolven en de kleine kinderen. Een niet zo gelukkige combinatie. We hadden veel meer jonge gezinnen dan voorheen en ook veel tegelijkertijd. Maar zowel de kinderen als de ouders leden onder de hitte. De enige verkoeling was in een grot te vinden maar daar word je na een uurtje weer uit gebonjourd. Dus het zwembad was wel een uitkomst, dat werd inmiddels gekoeld in plaats van verwarmd, maar zelfs onder een parasol was het niet te harden. Er werd slecht geslapen, en wij werden ook niet zo vrolijk van werken in de hitte en van het gejengel om ons heen. Maar het was ook een seizoen van heel veel leuke ontmoetingen tussen gasten onderling en spontane etentjes buiten de deur op onze vrije dagen, waar iedereen bij aansloot. Veel vrienden die het eerste Coronajaar niet konden komen kwamen nu alsnog en op een gegeven moment zat de hele tafel vol met alleen maar leuke bekenden. Dit was geloof ik wel meer in het voorjaar dan in het hoogseizoen. 

 

Gelukkig hadden we toen ons nieuwe plannetje al bedacht; het aanboren van nieuwe gasten, uit Nederland, die langer hier verblijven. Want een langer verblijf betekent voor ons minder werk en meer gezelligheid. En zo werd de wandelvakantie geboren, die voor dit seizoen al een hoop nieuwe reserveringen heeft opgeleverd. 2023 zal waarschijnlijk de boeken ingaan als ons “SNP seizoen”.  Of we daar een grote gemene deler in gaan aantreffen weten we nog niet, maar ze spreken allemaal Nederlands of Vlaams, ze blijven minimaal 5 nachten en ze eten in elk geval twee avonden met ons mee, want dat is het arrangement. En ze komen dus om te wandelen, want dat is wat wij ze graag willen laten zien: hoe mooi en rustig het hier is. 

 

We zouden onze herinneringen ook kunnen opdelen in plagen. 2020 was de rupsenplaag, 2021 de overstromingen, 2022 de hittegolven en de droogte. Maar Porsche seizoen klinkt leuker en minder rampzalig. Een beetje misleidend ook, want denk nu niet dat we een luxe accommodatie zijn. Het blijft gewoon een gezellige omgebouwde boerderij op het Franse platteland. 

graag delen!