Vorig jaar was het huis naast dat van ons bijna verkocht aan een stel dat er permanent wilde gaan wonen. Voor ons was dat even slikken, want tot die tijd was het huis meestal onbewoond. Het werd weleens verhuurd, aan soms een verschrikkelijke Parijzenaar met allerlei dwangneuroses en soms aan hele aardige mensen uit Bordeaux. Maar nu was er dus een echtpaar uit Orléans geïnteresseerd. Een week voor de overdracht was de man echter gaan twijfelen, ik heb erover geschreven in het eerste deel van Nieuwe Buren. Lang verhaal kort: ze hebben de koop niet doorgezet, ze hebben zelfs op de ochtend van de dag van overdracht afgebeld. Dat vonden wij merkwaardig, slordig en vrij onbeleefd. 

 Achteraf bleek dat de man last had van stemmingswisselingen. Op het moment van bezichtigen was hij manisch enthousiast over alles, maar tegen de tijd dat ze zouden gaan tekenen sloeg er een depressie toe en durfde hij de beslissing niet aan. Zielig voor hem, voor haar, voor de verkoper, niemand zag het aankomen en niemand kon er wat aan doen. Toen stond het huis dus weer lange tijd leeg en haalden wij een klein beetje opgelucht adem dat de situatie bleef zoals -ie altijd was: lekker rustig. 

 Maar ineens was daar het bericht van de eigenaar dat er alsnog een koper was, de zaak was eigenlijk al rond en ze zou die week komen. Of ze gebruik kon maken van onze oprit zodat de verhuiswagen kon keren? Wij waren reuze benieuwd. Het zou gaan om een vrouw alleen. Gepensioneerd. Frans. Er kwam niet één verhuiswagen maar wel drie en wel zes mannen om alle dozen uit te laden. Gelukkig zit er een hele grote schuur bij het huis waar al die dozen naartoe gingen. Je kunt je afvragen waarom een mens z’n hele leven van alles mee zeult als het van een vrachtwagen rechtstreeks naar een opslagruimte gaat, misschien was ze wel een hoarder en was dit huis perfect, juist door die grote schuur. 

 Het was allemaal midden in het drukke seizoen dus veel meer dan een bonjour en een bonsoir kwam er niet van, totdat we merkten dat ze ook helemaal niet zat te wachten op meer dan dat. Als ze buiten zat liep ze vaak naar binnen zodra ze ons in de smiezen kreeg. Als ze op een stoel bij haar voordeur zat was dat meestal met haar rug naar ons toe, en als we haar op de oprit tegenkwamen dan liep ze zo gauw mogelijk door. Ach, het was eigenlijk wel zo makkelijk, de mensen uit Orléans waren het tegenovergestelde geweest, die wilde liefst direct goede vrienden worden die te pas en te onpas bij elkaar over de vloer kwamen. Deze vrouw leek misschien wel op ons: graag op zichzelf. 

 Met onze andere buren was het contact ook spaarzaam. De enige Franse familie in ons gehucht had zelfs meteen een aanvaring met haar. Het ging over een stuk grond maar meer details kennen we niet. Wel waren er getuige van dat onze oude buren met een cadeau bij haar langs wilden gaan en dat ze bij het hek op hoge toon een hele preek over zich heen kregen. Er werd duidelijk niets uitgepraat want het hek bleef gesloten totdat ze met cadeau en al weer afdropen. 

 Het werd er niet beter op toen haar hondje om de haverklap uit haar tuin ontsnapte en als een speer naar het kippenhok van de Franse buren rende om een lekker hapje te halen. Hier was duidelijk sprake van een mismatch: een vrouw op leeftijd die haar hondje het liefst aan de lijn hield voor een ommetje, en een volkomen ongeleid projectiel met veel teveel energie. Ik geloof dat er al drie kippen gesneuveld waren toen ze drastische maatregelen nam en een omheining om haar tuin liet maken. Tegelijkertijd stierf het jonge katje dat ze vlak na de verhuizing had genomen. Een schatje, maar het beest had rattengif gevonden dat nog in één van de kelders lag. Een nogal moeizame start op een nieuw adres, zullen we maar zeggen. 

 Inmiddels kwamen ook haar zoon en dochter af en toe langs, en toen het veertig graden werd hebben we ze aangeboden om een plons in ons zwembad te nemen. Daar maakten ze dankbaar gebruik van. We hadden dan wel weinig tijd voor een gesprek, maar we waren van goede wil. We aaiden elke dag haar hond als die kwispelend tegen het hek op sprong. Ik mocht de vijgen uit haar vijgenboom halen en heb haar later een pot jam van die vijgen gegeven. Ze zei dat we maar eens een apéro moesten drinken en wij zeiden ja, zodra het weer rustig wordt! 

 En toen kreeg ik ineens een foto doorgestuurd van een buurman iets verderop. Het was een verkoop advertentie van een huis. Het huis naast ons! Prachtige foto’s, briljante omschrijving, drone beelden, en bijna een ton bovenop de prijs die er zes maanden geleden voor betaald was. 

Dus… ze wil alweer weg? Ze heeft nog niet eens kennisgemaakt en ze vertrekt alweer? De hele tuin is net omheind maar het bevalt niet? Ze heeft niks verbouwd, nog niet eens een nieuwe septic tank geplaatst, en ze wil een ton winst maken? Lag het aan ons? Was een B&B naast de deur misschien toch teveel overlast? Allemaal vragen waar we toch wel antwoord op wilden. Maar kon dat bij een apéro? Is het in Frankrijk niet heel onbeleefd om meteen met gestrekt been alles boven tafel te krijgen? 

 Het werd eind september en toen gingen we voor drie weken naar Nederland, huis en haard achterlatend aan een alleraardigst Nederlands stel dat op onze dieren kwam passen. En uitgerekend toen ging onze nieuwe buurvrouw een borrel organiseren voor heel Pech Blanc (acht mensen). Onze oppassers spraken prima Frans maar vonden het ongepast om te proberen de antwoorden op onze vragen te ontfutselen. Ze gokten dat deze vrouw eenzaam was op het platteland. Onze oude Franse buurvrouw gokt dat het een vrouw is die waarschijnlijk nergens echt tevreden is en nu probeert winst te maken. Daarbij had ze wel begrepen dat de nieuwe bewoonster bang is voor vleermuizen, dazen en andere stekende insecten. En laten die nou afgelopen zomer uitbundig en in grote getale tekeer zijn gegaan hier. 

 Wij zien inmiddels het nut van een nadere kennismaking niet echt meer nu we weten dat ze waarschijnlijk niet lang blijft. Maar nu de rust hier is wedergekeerd moeten we toch maar eens zelf het initiatief nemen tot een borreltje. Al is het alleen maar omdat we het allemaal niet begrijpen. Hoe kun je nu niet gelukkig wonen op Pech Blanc?

graag delen!